Auteursarchief: Ingrid Cramer

Vier sterren voor De Sponsor, Moord op het North Sea Chess Tournament

‘Een goed geschreven en spannend verhaal met een ingenieuze plot.’ Vier sterren krijgt de literaire schaakthriller De Sponsor (2024) door Fred Das en Jeroen Terlingen over een moord op het North Sea Chess Tournament, op Hebban, de grootste boekensite en lezerscommunity van Nederland en Vlaanderen. ‘Het unieke en hoogst originele van deze roman is, dat achterin 13 schaakpartijen of partijfragmenten zijn opgenomen, die enkele hoogtepunten uit de schaakgeschiedenis bieden en in het verhaal een rol van betekenis spelen.’

Cover van De Sponsor, Moord op het North Sea Chess Tournament. Thriller van Fred Das en Jeroen Terlingen

Achterzijde cover van De Sponsor, inhoud, over de auteurs Fred Das en Jeroen Terlingen

 

De recensie van
De Sponsor, Moord op het North Sea Chess Tournament,
door Fred Das en Jeroen Terlingen, uitgegeven door New in Chess, 2024
op Hebban:

 

Schaakromans van Nederlandstalige schrijvers kun je op de vingers van één hand tellen. Zo zijn er Een schaaknovelle van Gerrit Krol (2002), Rokade van Hein Heijnen (2013), IJslands Gambiet van Dominique Biebau (2015), De secondant van Jan Veenstra (2016) en Meester Jacobson van Tim Krabbé (2022). Des te verheugender is het, dat er ten behoeve van literatuur- en schaakliefhebbers nu een nieuw boek is verschenen van de hand van twee Nederlanders.
De Sponsor belooft een thriller van internationale allure te zijn, zo lezen we op de achterflap. De titel verwijst naar een geldschieter van het Hoogovens-Corus-Tata
Steel-schaaktornooi in Wijk aan Zee, tevens de protagonist van deze whodunit.

De internationale setting in het verhaal wordt alleszins waargemaakt,
want het beschrijft het verloop van een toernooi met tien deelnemers uit
respectievelijk Nederland, Italië, Tsjechië, IJsland, Oekraïne, Rusland,
de Verenigde Staten, India, Tunesië en Noord-Korea. Stuk voor stuk
kleurrijke figuren, van wie de karakters en bio’s uitvoerig beschreven
worden door de auteurs Fred Das en Jeroen Terlingen. Fred Das is een
voormalige subsponsor van het tornooi in Wijk aan Zee. Hij verbleef in
hetzelfde hotel als de spelers, volgde in de toernooizaal als
verdienstelijk amateurschaker (huidige FIDE-rating 1720 elo) aandachtig
de partijen en maakte heel wat aantekeningen. Samen met Jeroen
Terlingen, een ervaren journalist en redacteur die eerder een biografie
schreef over de ondernemer Fred Das, werkte hij die notities uit tot een
fictief verhaal.

In de proloog zitten we al meteen midden in dat verhaal:
hoofdscheidsrechter Geurt Plomp (geen toevallige voornaam) moet bij
aanvang van de zevende ronde spelers en publiek de jobstijding brengen
dat de Amerikaanse deelnemer dood werd aangetroffen in zijn bad. Na deze
korte flashback start hoofdstuk 1 twee dagen voor aanvang van het
tornooi en worden in de volgende hoofdstukken geen chronologische
zijpaden meer ingeslagen. Spoedig zal blijken dat een van de spelers
machiavellistische truken uithaalt om zijn score te maximaliseren en dat
er op de achtergrond allerlei geopolitieke belangen spelen. Ook wordt
vlug duidelijk dat de verteller Godfried, de sponsor, meer dan een
passieve rol speelt in dit onverkwikkelijke verhaal.

De verteller etaleert een grote schaakeruditie door kwistig namen als
Bobby Fischer, Boris Spassky, Tony Miles, Svetozar Gligoric, Antoaneta
Stefanova, Max Euwe, Jan Timman, Jan Hein Donner en Hans Böhm te
citeren, maar het unieke en hoogst originele van deze roman is toch wel
dat in de tekst 13 voetnoten zijn opgenomen van partijen of
partijfragmenten die in het verhaal een rol van betekenis spelen. Deze
genummerde voetnoten zijn achter in het boek opgenomen met commentaar en
diagrammen en bieden enkele hoogtepunten uit de schaakgeschiedenis. Hier
kon uiteraard de onsterfelijke partij tussen Andersson en Kieseritzy uit
1851 niet ontbreken, noch Marshalls magistrale damezet uit 1912. De
caleidoscoop wordt vervolledigd met de dertiende partij van het
wereldkampioenschap tussen Spassky en Fischer in Reykjavik 1972,
Carlssons nederlaag tegen Duda in Stavanger 2020, Shirovs briljant
loperoffer in Linares 1998, een doorgestoken remise tussen de zusjes
Kosintseva, opmerkelijke partijen met spectaculaire wendingen van
Kasparov, Anand en Giri en zelfs een eindspelstudie van de Israëlische
schaakcomponist Afek. Een manco is dat die 13 voetnoten weliswaar de
context schetsen van de situaties uit het verhaal, maar jammer genoeg
geen paginaverwijzing inhouden.

Het boek leest bijzonder vlot, al is het niet eenvoudig om in het begin
de tien spelers goed uit elkaar te houden, vooral omdat ze nu eens bij
hun voornaam dan weer bij hun familienaam worden genoemd. Hier had
vooraan het boek een lijstje van de deelnemers met naam, familienaam en
nationaliteit ongetwijfeld een meerwaarde kunnen bieden. De schrijfstijl
is zeer gedegen, waarbij mooie metaforen en referenties de revue
passeren. Ik noteerde er een paar: …de geestdrift flakkerde als een
kaarsje in een tochtige kerk (pag. 8), …op dat moment week de massa
alsof het een Rode Zee was, die door Mozes met zijn staf was aangeraakt
(pag. 10), …zijn hoofd bewoog als de periscoop van een duikboot op zoek
naar zeemeerminnen (pag. 25), Trommels en trompetten ontbraken, maar de
intocht van keizer Augustus in Rome na zijn geslaagde veldtocht tegen
Gallië kon niet imposanter zijn dan de verblindende entree van de
Italiaan (pag. 31), hij speelde een verbijsterde Othello, die de
vermeende ontrouw van Desdemona niet kon bevatten (pag. 32), etc…

Naast deze stilistische hoogstandjes valt vooral de droogkomische toon
op in de spitse dialogen. De personages kruiden hun taal met Attisch
zout en schuwen daarbij de etnofaulismen (kaaskop, spaghettivreter,…)
niet. De tien nationaliteiten met hun verschillende culturele
referenties en talen worden handig gebruikt en zijn zeer leerzaam, al
hebben de auteurs volgens mij toch wel een steekje laten vallen door de
Italiaanse speler de Tunesische deelnemer te laten begroeten met
namasté. Deze hindoeïstische begroeting had hij passender kunnen richten
tot de Indiase speler van het toernooi.

Niet alleen de personen, maar ook de en passant vermelde ingrijpende,
mondiale gebeurtenissen zoals o.m. de Bijlmerramp, de Jasmijnrevolutie,
de instorting van de Twin Towers en de Arabische Lente verlenen deze
pageturner een internationaal cachet.

New in Chess zet hoog in met deze schaakthriller. De colophon vermeldt
drie eindredacteurs en er wordt nu (maart 2024) al een Engelse vertaling
aangekondigd. Uitgeverij en auteurs gun ik hoge verkoopcijfers. Ik heb
het boek immers met veel plezier gelezen: het is een goedgeschreven en
spannend verhaal met een ingenieuze plot die niet alleen schakers moet
kunnen bekoren. Schaaktechnisch valt er weinig op af te dingen: de
meeste partijen uit de voetnoten kende ik wel al, maar het is altijd
leuk ze nog eens opnieuw na te spelen.